Deze website maakt gebruik van cookies

Deze website gebruikt cookies en verzamelt daarmee informatie over het gebruik van de website om deze te analyseren (Google Analytics) en om er voor te zorgen dat u relevante informatie te zien krijgt. Door op akkoord te klikken, geeft u aan akkoord te zijn met het gebruik van deze cookies en het hiermee verzamelen van informatie door ons en door derden.

Akkoord
Niet akkoord

Werkplezier gaat boven inkomen: een moedige keuze!

11 maart 2019

Laatst sprak ik een medisch specialist die een ongewone, maar moedige keuze had gemaakt. Hoewel hij net als zijn fulltime collega’s vier dagen per week ingeroosterd werd, had hij een 80%-aanstelling (vrijgevestigd) binnen de vakgroep. Zijn motivatie was eenvoudig: “Ik stel plezier in mijn werk boven het maximeren van mijn inkomen”. In voorgaande jaren had hij gemerkt dat het werk steeds hectischer werd. Het aantal overleggen waar hij volgens zijn vakgroep en het ziekenhuis bij moest zijn nam toe (een gewone lunchpauze was uitzonderlijk geworden), de introductie van het EPD gaf hem het gevoel minder aandacht aan de patiënt te kunnen geven, en de toepassing van allerlei protocollen, richtlijnen en voorschriften even zozeer. Hij, zo zei hij, kwam nauwelijks meer toe aan het werk dat hij zo leuk vond, waar hij energie van kreeg en dat was patiëntenzorg met echte aandacht voor de patiënt.

Bij het 80% werken heeft hij afgesproken dat zijn polispreekuren minder vol worden gepland. “Dit geeft me ruimte als het nodig is wat meer tijd aan de patiënt te besteden. En ook even een kletspraatje te maken met de dames van het secretariaat”. Op dagen waarop hij in de namiddag geen vergadering meer heeft, gaat hij nu op tijd naar huis. Het meer ontspannen werken geeft hem veel voldoening. Dat is hem het mindere inkomen meer dan waard.
 
Ik was getroffen door deze medisch specialist. Veel aandacht is er de laatste tijd voor burn-outklachten van medisch specialisten. Ik zie veel specialisten moeite hebben met de vele ballen (op het werk en thuis) die ze in de lucht moeten houden. Zeker de nieuwe generatie medisch specialisten, die veelal een partner hebben die ook professioneel actief is en waarmee ze de zorg hebben voor opgroeiende kinderen delen, vinden het werk slopend. Mijn verwachting is dat, met de vele vrouwen die nu uit de opleiding beschikbaar komen, de gevestigde orde van hard werken en veel geld verdienen steeds meer onder druk komt te staan.
 
Maar hoeveel mensen hebben de ‘guts’ zo openlijk te kiezen voor werkplezier boven inkomen en daarvoor de consequenties te nemen? En hoeveel vakgroepen zijn zo flexibel dat ze ruimte bieden voor deze, in de ogen van nog vele collega’s, merkwaardige keuze?
Het beeld van de (mannelijke) medisch specialist die 7 x 24 uur voor het ziekenhuis beschikbaar is, hebben we al geruime tijd geleden achter ons gelaten. Nu de volgende stap, waarbij vakgroepen moeten leren omgaan met diversiteit in werkstijl binnen de vakgroep. Diversiteit met professionals die hun geluk vinden in veel uren met hoog tempo werken en daarmee een hoog inkomen verkrijgen en professionals die kiezen voor een andere balans van werken, werkplezier en privé. Die diversiteit is mijns inziens voor elke vakgroep, of je het nu leuk vindt of niet, een realiteit waar een goede vorm voor gevonden moet worden.

Gerben Smid